Een gettoblaster is een grote tot zeer grote draagbare
radio-cassetterecorder, met twee flinke luidsprekers van een flink
vermogen die veel geluid konden produceren. Het was typisch een product
uit eind jaren zeventig tot midden jaren tachtig. Naast netvoeding kon ook het apparaat ook met een flink aantal batterijen gevoed worden voor gebruik buitenshuis. De bijnaam gettoblaster of boombox kreeg het apparaat omdat bepaalde muziekliefhebbers anderen in het openbaar lieten meegenieten van hun muzikale voorkeur, meestal disco of vroege dance. Vanaf midden jaren tachtig verdween het langzaam uit het straatbeeld en kreeg de radio-cassetterecorder, vaak met ingebouwde cd-speler, weer normale afmetingen.De stereotoren is niet draagbaar en de walkman is voor één persoon. De gettoblaster zit daar tussenin.
de walkman
de cassete
Hoewel de cassette al sinds 1963
op de markt was, kende de kleine geluidsdrager zijn piekjaren in de
jaren 1980. Een succes dat vooral te wijten was aan die andere
belangrijke uitvinding voor de muziekindustrie: de walkman van Sony. De
verkoopcijfers van de muziekcassettes schoten de lucht in en in 1984
overtroffen ze zelfs voor het eerst in de geschiedenis die van de LP. De
audiocassette was eigenlijk niets meer of minder dan een
miniatuurversie van de oudere, grote spoelbanden, gehuld in een
plastieken doosje. Er kwamen ook minicassettes op de markt voor gebruik
in antwoordapparaten en memorecorders.De cassette was veel
gebruiksvriendelijker dan het oude spoelensysteem. Door het kleine
formaat was de cassette uitermate geschikt voor draagbare toepassingen,
zoals de walkman of de boombox, maar ook bijvoorbeeld in de wagen.
Opnemen vanaf de radio was evenmin een probleem.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten