donderdag 7 november 2013

bezuinigen en hervormingen in de jaren 80


Het streven naar gezonde overheidsfinanciën houdt Europa al jaren lang in zijn greep. Ditzelfde streven was ook aanwezig in de jaren ’80. Als reactie op de oliecrises besloten de Westerse overheden om de economieën te stimuleren. Miljoenen banen werden gecreëerd en de begrotingstekorten namen met miljarden toe. Na dit stimuleringsbeleid kwamen politici zoals Thatcher, Reagan en Lubbers aan de macht en werd het saneren van de overheidsfinanciën een prioriteit.
In de jaren ’70 was een Keynesiaans overheidsbeleid nog de standaard in het economische beleid van de Westerse overheden. Dit hield in dat de overheid een anticyclisch beleid voerde en de economie diende te stimuleren ten tijde van een economische crisis. Dus wanneer de oliecrises uitbraken in 1973 en 1979 besloten de overheden om op grote schaal de economie te stimuleren. Overheidstekorten in de Westerse wereld stegen tot 10 procent van het Bruto Binnenlands Product (BBP) en door de grootschalige overheidsuitgaven ontstond er inflatie. De crisis werd hier echter niet mee opgelost en een nieuw tijdperk van consolidatie van overheidsfinanciën begon met het aantreden van Margareth Thatcher in Groot-Brittannië, Ronald Reagan in de Verenigde Staten en Ruud Lubbers in Nederland.

Reaganomics

De consolidatie van overheidsfinanciën in de jaren ’80 in Groot Brittannië en de Verenigde Staten dient in een breder perspectief geplaatst te worden. Met het aantreden van Thatcher en Reagan ontstond er een nieuwe visie op het economische overheidsbeleid. In tegenstelling tot het Keynesiaanse beleid vonden Thatcher en Reagan het noodzakelijk dat de overheid zich zo min mogelijk bemoeide met de economie. Belastingen werden verlaagd, overheidsbedrijven werden geprivatiseerd, regulatie werd aan banden gelegd en de overheidsuitgaven werden verminderd. “De markt beschikt over magie waarmee de economische crisis opgelost kan worden”, aldus Reagan. Het op orde brengen van de overheidsfinanciën was dus onderdeel van de ideologie dat de overheid terughoudend dient te zijn. Deze ideologie kwam later bekend te staan als Reagonomics.

Ruud Lubbers

Op 4 november 1982 werd Ruud Lubbers minister president in Nederland. Bij zijn aantreden verkeerde Nederland in een crisis. De economie kromp met 1,2 procent, de werkloosheid was 7,9 procent wat neerkwam op 437.000 werklozen, en de overheidsfinanciën waren niet op orde. Zo was het begrotingstekort 6,2 procent en de overheidsschuld 55 procent van het BBP. Door een reeks aan maatregelen, hervormingen en bezuinigingen werden de overheidsfinanciën verbeterd. Daarnaast werd onder leiding van Lubbers het beroemde Akkoord van Wassenaar gesloten en deed het Poldermodel zijn intreden. In het akkoord werd een arbeidstijdsverkorting afgesproken waardoor bedrijven hun werknemers minder hoefden in te zetten en dus minder mensen op straat hoefden te zetten. Daarnaast werd loonmatiging afgesproken om Nederland concurrerender te maken ten opzichte van het buitenland waardoor de export kon herstellen. Door het beleid van Lubbers verbeterde de overheidsfinanciën en groeide de economie weer vanaf 1983.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten